Rondreis Engeland/Wales 2019

26 mei:  Hoek van Holland - Harwich

We gaan weer eens met z'n drietjes op pad! We vertrekken om 16.15 uur met de eigen auto vanaf Wormer naar Hoek van Holland. De Stena Hollandica vertrekt weliswaar pas om 22.00 uur maar als het goed is kunnen we al vanaf 19.00 uur inchecken en we hebben van-te-voren voor 35 euro diner en ontbijt bijgeboekt bij Buro Scanbrit. Het waait enorm hard maar ik heb gelukkig van die reispilletjes meegenomen die we preventief een uur van te voren innemen.

Rond 18.45 uur gaan de hekken open en worden de vouchers omgewisseld. Daarna door de paspoortcontrole en dan staan we nog zeker tot 19.40 uur stil omdat eerst alle trucks aan boord gaan. Als dat eenmaal gebeurt is gaat het snel. Naar onze kamer op deck tien en ras naar het restaurant op dek negen want we scheuren van de honger!  Ons voucher is geldig voor een driegangen diner in het Metropolitan restaurant. Voor heb ik een zalmtartaar met avocado, daarna halloumi zonder burger met zoete aardappel friet en een kaasplankje. We hebben er ook nog een wijnarrangement à 11 euro p.p. bijgeboekt. Heerlijk! 
Om 22.30 uur naar de hut en in ons stapelbed gaan liggen. Niet heel schoon, vette zwarte haren in de badkamer en een zwarte veeg op 't kussen maar ala. Heerlijk geslapen!  

27 mei:  Harwich - Oxford (ca. 200 km)

Aankomst Harwich om 05.30 uur lokale tijd (uurtje vroeger dus). Wakker gezongen door de speaker in de kamer met 'don't worry be happy'. Pffff. Om 06.30 uur moeten we klaar zijn en ontbeten hebben dus het moet rap rap. Het ontbijt in restaurant 'Taste' hebben we net als het diner van te voren bijgeboekt maar ik weet niet of ik het aanraad.... een ander zal het misschien makkelijk redden maar voor mij is in één uur wakker worden, douchen, aankleden, tas inpakken en ontbijten iets teveel van het goede!

Om 06.40 uur rijden we al langs de paspoortcontrole en dan is het op naar Oxford! Links rijden is natuurlijk in het begin een beetje vreemd maar het went snel. Het is Bank Holiday dus rustig op de weg. We nemen de 'leuke' route via Hertfordshire & Buckinghamshire. Zoveel konijnen langs de weg, echt niet normaal! Helaas zien we ook vele doodgereden dieren maar tot mijn verbazing zie ik ook een vos langs de kant van de weg die uiteindelijk gelukkig toch maar besluit weer het struikgewas in te gaan! Onderweg gestopt voor een watertje en koffie voor de mannen, ik besluit voor de porridge te gaan, best lekker! 

Rond 09.30 uur zijn we al in Oxford bij het BW Linton Lodge Hotel. Onze kamer is gelukkig al klaar en we krijgen een parkeerkaart van de leuke receptioniste hoewel dat eigenlijk pas vanaf 15.00 uur mag. Tegen niemand zeggen fluistert ze nog, de lieverd :-) Het personeel is overigens vrijwel allemaal Spaans, erg grappig. We lopen richting het centrum (ca. 20 minuten lopen) en besluiten om de Hop On Hop Off Bus te nemen à 16 GBP p.p. Altijd makkelijk, zo zie je alle bezienswaardigheden in één keer. Het is goed weer dus we kunnen lekker boven zitten.

Oxford (zusterstad van Leiden) is een middeleeuwse universiteitsstad met nauwe straatjes en vele poorten waar de verschillende colleges achter schuilen. Er zijn er in totaal 42 waaronder Christ Church College (model voor Hogwarts in Harry Potter), Merton College en Magdalen College. 

Na één rondje à 20 stops stappen we uit de bus en lunchen we bij Kings Arms, zeer saai broodje met tonijn, niks bijzonders. We lopen door de winkelstraat (Broad Street) en werpen een blik op Oxford Castle. Getracht een foto te maken van The Bridge of Sighs zonder honderdduizend mensen maar dat is lastig. Deze luchtbrug is al sinds 1914 de verbinding tussen het zuid en noord gebouw van het Hertford College en wordt nog altijd gebruikt. Daarna drinken we even een stout bij The Four Candles en lopen we terug naar het hotel. Er zit een prachtige tuin bij dus lekker in de zon gezeten met een drankje erbij. We besluiten in het restaurant bij het hotel te eten, makreelcake en zalm en rond 20.15 uur gaan we naar de kamer, toch wel een beetje moe! 

28 mei:  Oxford

Om 08.45 uur zitten we aan het (prima) ontbijt. We brengen vandaag een bezoek aan Blenheim Palace op zo'n 20 minuten rijden van Oxford. De navigatie snapt het niet helemaal maar na (op de ouderwetse manier) de weg gevraagd te hebben zijn we er rond 10.00 uur. Eerst kopen we maar even een kaartje à 27 GBP en parkeren we de auto op het nu al mega volle parkeerterrein!  

Het paleis werd in 1707 gebouwd en was een geschenk van Queen Anne aan John Churchill, de eerste hertog van Marlborough als beloning voor zijn overwinning op de Fransen bij Blenheim in 1704. Het paleis zelf gaat pas om 10.30 uur open dus we lopen eerst door het indrukwekkende park. Hier vinden we ook de zgn. 'Harry Potter tree', die voorkomt in de film 'Harry Potter and the Order of the Phoenix'. Je kunt hier verschillende wandelingen maken en het is echt prachtig!

Dan naar het paleis zelf waar je met een koptelefoon (zelfs in het Nederlands!) door de verschillende vertrekken kunt lopen en uitleg krijgt bij de schilderijen, wandtapijten, meubilair en het porselein.

In 1874 werd Winston Churchill hier geboren en hij bracht ook zijn kinderjaren hier door. Er is een speciale tentoonstelling aan hem gewijd waar je o.a. de slaapkamer ziet waar hij werd geboren en talloze portretten en schilderijen, ook van zijn eigen hand. Het paleis wordt overigens nog steeds bewoond door de hertog en hertogin van Marlborough.

We gaan even buiten zitten met een drankje en een lekkere plak carrotcake (dat vinden de eenden ook) en daarna rijden we naar het historische plaatsje Woodstock zo'n acht minuten verderop. Hier is verder niet heel veel te doen maar het is gewoon een schattig plaatsje om te zien! 
Terug naar het hotel en naar het centrum van Oxford gelopen. Geluncht met een Quiche Lorraine bij Lamb & Flag en wat rondgeslenterd en gepind.

Daarna drinken we een biertje bij The Eagle & Child (ook wel de The Bird & Baby genoemd) een pub waar een zogenaamd schrijversgilde, waar o.a. J.R.R. Tolkien toe behoorde, altijd bijeen kwam in een private lounge die The Rabbit Room genoemd word. Het eerste gedeelte van de pub ziet er superleuk uit met allemaal kamertjes en hoekjes maar het achterste gedeelte wat later bijgebouwd is, is echt een voorbeeld van een toeristencafé. Wel leuk is dat je overal verwijzingen ziet naar The Lord of the Rings.
Tijd om te eten, dus geëindigd bij een bistro met een overheerlijk vispotje en daarna met een taxi terug naar het hotel voor 7 GBP.

29 mei:  Oxford - Lampeter (ca. 300 km)

Na het ontbijt vertrekken we rond 09.15 uur naar Brecon. Het plan is om eerst naar Brecon Beacons National Park te rijden. Onderweg regent het echt kei- en keihard! Bij aankomst in het kleine historische marktstadje Brecon (wat het toeristische centrum van het park is) parkeren we de auto even bij de Aldi en lopen (in een enorme hoosbui) het dorp in. Eerst maar even een broodje krab gegeten bij The Bank (het is tenslotte alweer lunchtijd) en daarna naar de Tourist Info voor een plattegrond en informatie over de verschillende wandelingen.

Het Brecon Beacons National Park bestaat uit een ruig heuvellandschap dat genoemd is naar de Brecon Beacons, een bergrug in het centrum van het park. De hoogste toppen ervan zijn Pen y Fan (886m), Bryn en Fan Tawr. In 1957 werd het Brecon Beacons National Park opgericht als laatste Nationaal Park van Wales, maar pas in 1966 werd het park geopend voor publiek. Het park strekt zich uit van Hay-on-Wye in het oosten tot Llandeilo in het westen en is in totaal 1.344 km². Het grootste gedeelte van het park is kaal met af en toe een begroeid heideveld. Het hele gebied is rijk aan prehistorische vindplaatsen, aan overblijfselen uit de Romeinse tijd en aan middeleeuwse kastelen en kerken. Maar wat je hier voornamelijk heel veel ziet zijn... schapen! Ze zeggen niet voor niets dat er in Wales meer schapen dan mensen zijn! Omdat het zo regent parkeren we de auto gewoon maar ergens en gaan we op pad. Het leuke is dat je hier niet op de paden hoeft te wandelen maar gewoon 'off-road' tussen de schapen kunt lopen. Gelukkig wordt de regen al snel wat minder en kunnen we van de omgeving genieten. Zo wijds en uitgestrekt, echt prachtig! 

Rond 15.00 uur vertrekken we naar The Falcondale Hotel in Lampeter wat nu nog een uurtje rijden is. Bij aankomst weten we echt niet wat we zien... er doemt een prachtig landhuis voor ons op in een geweldige grote tuin! Oké, het is in the-middle-of-nowhere maar dat hebben we er graag voor over :-) Op de deur van onze kamer hangt een bordje met onze naam, er staat een hemelbed en dan dat uitzicht... we zijn er stil van hahaha... Beneden in de serre gezeten (met weer dat uitzicht) met een drankje en om 18.30 uur hier gedineerd, een driegangen diner voor 29.95 GBP. Als voorgerecht een cauliflower pannacotta en daarna een bietenrisotto en cheesecake, super lekker!

30 mei:  Lampeter

Heerlijk wakker geworden met geen ander geluid dan het geblaat van de schaapjes! Super ontbijt met een menukaartje, ik houd er van :-) Na de overheerlijke toast met een omelet en tomaat op pad richting de kust. Het tweede Nationale Park wat we gaan bekijken is Pembrokeshire Coast National Park. Dit park beslaat een groot deel van de zuidwestelijke punt van Wales en is het enige Nationale Park in Groot Brittanië dat voornamelijk aan de kust is gelegen. Hier vind je prachtige kliffen, baaien en stranden. We gaan eerst naar Fishguard, een klein, gezellig vissersplaatsje op ruim een uur rijden vanaf Lampeter. Het ligt aan een baai vanwaar ook de veerboten naar Ierland vertrekken.

Eerst even een appelsappie en een plaspauze en daarna lopen we via het coastpath naar beneden. Zo supermooi! Uiteindelijk komen we in Lower Village terecht en dan.... moeten we toch een enorm steil stuk omhoog lopen! En het is me daar toch een partij warm, niet normaal! Daar ben ik totaal niet op voorbereid, heb geeneens een zonnebril mee!

Met het zweet op het voorhoofd en een enorm rood hoofd weer in de auto gestapt om op weg te gaan naar St. David's. Dit kleinste Britse stadje ligt op een uurtje rijden in het uiterste puntje van het park. Het is vooral beroemd vanwege de grote, imposante kathedraal uit de 12e eeuw. In de middeleeuwen was dit een pelgrimsoord, waar pelgrims het graf bezochten van de patroonheilige van Wales, St. David. Hij stichtte hier een klooster in het jaar 550 in het dal van de rivier de Alun. Zijn beenderen worden in de kathedraal bewaard. Verder is het echt een toeristenplaatsje met veel souvenirwinkels.

Tijd voor de lunch! We komen in een wat vaag uitziend tentje terecht maar het eten is prima, een soort vis/mozzarella rondjes. Anderhalf uur terug gereden naar Lampeter, een drankje in de bar en weer heerlijk gedineerd met een red mullet en een kaasplankje. 
De night manager, waar wij natuurlijk alweer dikke vrienden mee zijn, vertelt ons dat de kok in Nederland geboren is en dat hij het leuk zou vinden om even met ons te praten. Tuurlijk, altijd goed! De kok geeft aan dat hij het jammer vind dat hij niet eerder wist dat we kwamen anders had hij frikandellen gemaakt hahaha....

31 mei:  Lampeter - Betws-y-Coed (ca. 150 km)

Na een heerlijk ontbijt met pancakes nemen we met pijn in het hart afscheid van dit geweldige hotel. Om 09.30 uur gaan we op weg naar Conwy in Noord Wales, hier willen we eerst het kasteel bezoeken voor we door gaan (of eigenlijk weer een stukje terug) naar het Royal Oak Hotel in hartje Snowdonia. Net als gister regent het eerst maar dat duurt wederom niet lang. Na zo'n 2,5 uur stoppen we voor de lunch bij 'Ty Gwyn' een heel leuk uitziend restaurant/hotel. Ze hebben geen broodjes o.i.d. dus bestellen we maar een voorgerecht, in mijn geval avocado en zalm in Blue Stilton saus met wat sneetjes brood. Super lekker!

Om ca. 14.00 uur zijn we in het ommuurde stadje Conwy, aan de monding van de Conwy rivier. Dit stadje werd door koning Edward I behalve van een kasteel ook voorzien van stadswallen met 21 torens. Het is uitgeroepen tot het best bewaard gebleven voorbeeld van een middeleeuwse vestingstad in Groot-Brittannië. We kopen een kaartje voor het kasteel à 9.95 GBP en lopen naar binnen. Het kasteel is nog in dusdanige staat dat je je een goede voorstelling kunt maken van hoe het precies geweest is. Daarnaast hebben we een folder/plattegrond gekregen met extra informatie. De vele torens, de ommuurde stad, de rivier en de bruggen en de bergen op de achtergrond maken het echt tot een indrukwekkend plaatje waar je wel een paar uur rond kunt lopen. Na afloop lopen we nog even het dorpje in waar je aan de kade een piepklein Victoriaans vissershuisje vindt (The Smallest House of Britain).

Nu op weg naar Betws-y-Coed, het toeristische centrum van Snowdonia National Park, ongeveer een half uurtje terugrijden. Bij het inchecken krijgen we een parkeerkaart voor de auto, super handig. We blijken niet in het hoofdgebouw te zitten maar in de zgn. Stables aan de achterkant. Hemeltje, wat een totale deceptie na ons vorige hotel :-O Een oude kamer met een vette scheur in de muur, een scheef hangende tv en uitzicht op de parkeerplaats... nee deze kamer lijkt totaal niet op een van de kamers die ze op de website hebben staan haha. Rondje gelopen maar mijn god, wat een toeristendorp. Pinnen kan alleen tegen een enorme fee, ik betaal gewoon 30 euro meer voor 200 GBP dan de vorige keer, tssssss. Op zoek naar een pub maar we zien alleen maar hotels en souvenirs winkels dus we gaan maar op het terras zitten van de bistro naast ons hotel waar het vol zit met mensen.

Na twee drankjes krijgen we toch wel honger dus besluiten we in het restaurant van ons hotel te gaan eten. Nou... dat was echt hilarisch. We worden bediend door een blonde mevrouw waarvan we in eerste instantie vermoeden dat ze te diep in het glaasje gekeken heeft. Ze leunt tegen de meubels alsof ze anders niet kan blijven staan en giet de wijn met een dusdanig geweld in het glas waardoor alles in de menukaart spettert. Achteraf gezien lijkt het er meer op alsof ze in een soort van rehabilitatie project zit maar... uiteindelijk worden we vrienden en noemt ze ons zelfs steeds 'my loves' hahaha. Zij lijkt ons wel de perfecte persoon om te vragen of er nog ergens leuke pubs zijn en jahoor ze schrijft er drie op die overigens alledrie in een hotel te vinden zijn. Fish and chips besteld omdat dat er nou eenmaal 1x bijhoort, was oké maar voor morgen willen we wel iets anders. Verderop in de straat hebben we een tapas restaurant gezien dus daar per mail een reservering gemaakt.

01 juni:  Betws-y-Coed

Om 08.45 uur richting ontbijt. Tot mijn verrassing kunnen we wel van een menuutje kiezen dus een omelet genomen. Naar de Spar om voor tussen-de-middag broodjes te halen. Goed geregeld, deze worden ter plekke voor je gesmeerd. We hebben om 12.00 uur de Snowdon Mountain Railway in Llanberis van te voren gereserveerd voor 30 GBP p.p. En dat is maar goed ook want bij aankomst zit alles echt retevol. Onderweg regent het keihard maar als we om 10.30 uur aankomen is dat gelukkig al een stuk minder. Het is maar goed dat we zo vroeg zijn want er is geen parkeerplaats te vinden. Het is zaterdag dus sowieso druk en er is ook nog een één of andere hike-tocht. Uiteindelijk is het toch gelukt op de derde parkeerplaats die we zien, niet al te ver weg. De internet kaartjes omgewisseld, wat gedronken, in de souvenirshop gekeken en toen toch maar in de rij gaan staan, het is nu gelukkig helemaal droog. We zitten in compartiment H, achter in de trein.

Mount Snowdon is met zijn 1085m de hoogste berg in Wales. Al met al duurt het een uur voordat we op de top zijn. Dat lijkt lang maar het is een super mooie tocht die geen moment verveeld. Het landschap veranderd continu en wordt naarmate je hoger komt steeds spectaculairder. Eenmaal boven is het behoorlijk bewolkt en superdruk! We hebben hier een half uurtje wat normaal gesproken misschien te kort is maar nu lang zat. Het is goed dat we zelf broodjes meegenomen hebben want als we boven iets hadden moeten kopen was daar met deze drukte echt geen tijd voor geweest. Ook al is het mistig, je hebt hier wel een geweldig uitzicht dus het is zeker leuk om te doen! Om 14.30 uur staan we weer beneden en rijden we terug naar Betws-y-Coed. Tijd voor de middagborrel dus een van de pubs uitgekozen die onze vriendin ons aangeraden heeft, Glan Aber. Lekker buiten gezeten en om 18.30 uur richting Olive voor de tapas. Zooo dat was lekker! Drie rondjes hapjes genomen en daarna is het gewoon jammer dat we vol zitten :-) 

02 juni:  Betws-y-Coed

Ontbeten met een rete zoete Belgische wafel met rood fruit. Daarna op weg naar Anglesey, een eiland verbonden met het vasteland door de Menai Suspension Bridge. Net als voorgaande dagen gaan we met regen weg en is het (gelukkig) weer droog op het moment dat we uitstappen. Vlak over de brug ligt het dorp met de langste naam in Europa (en derde langste naam van de wereld) komt ie:
Llanfairpwll­gwyngyllgogerychwyrndrobwllllantysiliogogogoch

Tja, daar moet je toch even stoppen natuurlijk! Niet dat er ook maar iets te doen is maar een fotootje is altijd leuk! Overigens wordt de naam over het algemeen gewoon afgekort tot Llanfair Pwllgwyngyll, wat het natuurlijk veel makkelijker maakt hahaha. De naam bestaat sinds het jaar 1860 en werd bedacht door leden van de plaatselijke raad omdat ze de langste naam van een treinstation in het land wilden hebben.

Doorgereden naar Holyhead op het uiterste puntje omdat we denken hier een mooi kustpad te vinden maar dat blijkt achteraf niet hier te zijn... Het is een havenplaats waar de veerboten naar Dublin vertrekken en een belangrijke industriestad. Er zit wel een heel leuk tentje bij de haven waar we wat gedronken hebben. Daarna 34km verder gereden naar de plaats Amlwch. Dit is de meest noordelijke plaats van Wales. Een bordje gevolgd met een wandelpad maar dat werd zo dichtbegroeid dat we het omdoopten tot tekenpad dus teruggegaan en naar de kust gelopen. Het waait ondertussen vreselijk hard dus de lol is er wel een beetje af en we hebben schreeuwende honger dus teruggereden en bij een restaurant gestopt waar we heerlijk hebben gezeten met een broodje en prachtig uitzicht op zee. 

Het is nu zo'n anderhalf uur terugrijden en dat is een vrij spannende tocht waarbij eerst een motorrijder bij het inhalen op de eenbaansweg maar net op tijd voor een aankomende auto op de juiste weghelft terecht komt en daarna een schaap met een kleintje ons tegemoet komt lopen. Weliswaar op de stoep maar het is een afschuwelijk drukke weg dus ik hoop maar dat dat goed afgelopen is! Precies op tijd voor de middagborrel zijn we weer in Betws-y-Coed en besluiten nu op het terras te gaan zitten van Gwydyr, een andere optie van onze vriendin. Ook maar meteen daar gegeten, een salade met geitenkaas en lasagne, zeer smakelijk!

03 juni:  Betws-y-Coed - Buxton (ca. 175 km)

Ontbeten met een gekookt eitje, uitgecheckt en op weg naar Buxton. We hebben besloten eerst een stop te maken in Chester (ca. 95 km). We zijn hier rond 11.00 uur en parkeren de auto in een parkeergarage. Eerst drinken we (ik) thee in een superleuk tentje. Hier eindelijk niet de traditionele thee maar heerlijke sinaasappel/gember thee. Je kunt trouwens sowieso wel zien dat je weer in Engeland bent, het is toch allemaal net wat hipper.

Chester ligt in het graafschap Cheshire en is een ommuurde stad aan de rivier de Dee. In het oude centrum staan zwart-wit betimmerde huizen die karakteristiek zijn voor de middeleeuwen. Wat Chester uniek maakt zijn de zogenaamde 'Rows': overdekte galerijen met winkels op de eerste verdieping en daaronder op straatniveau nog een rij winkels. In de Romeinse tijd was Chester een van de belangrijkste militaire bases van Groot-Brittannië. Er is een groot Romeins Amphitheater opgegraven waarin plaats was voor 7000 toeschouwers.
Even binnen gekeken bij St. John the Baptist Church en geprobeerd een foto te maken van een Victoriaanse klok op de stadsmuren maar elke keer als ik denk: nu is er niemand word er weer een blik Japanners open getrokken en is het één groot gekkenhuis. Uiteindelijk heb ik het maar opgegeven haha..

We wandelen langs de rivier en eten een crèpe met geitenkaas en spinazie. Daarna nog even langs de prachtige kathedraal en rond 13.30 uur door naar Buxton, nu nog zo'n anderhalf uur rijden.

Buxton is een druk bezocht toeristenplaatsje dat sinds het einde van de 18e eeuw een kuuroord is geweest. We verblijven hier in het Old Hall hotel. Dit historische pand dateert uit 1576. Destijds verbleef Koningin Mary van Schotland in dit hotel om kennis te maken met de geneeskrachtige eigenschappen van het beroemde spawater van Buxton. Zelfs nu nog stroomt er bronwater uit de St. Ann's Well en zie je mensen hier jerrycans vullen. We hebben hier gelukkig weer een prachtige kamer! Even buiten rondgekeken en tot mijn vreugde zie ik de Buxton Brewery en Taphouse dus daar moeten we natuurlijk even heen! Daarnaast heeft het hotel een geweldige wijnbar waar we hebben gegeten, viscake en zwaardvis, zeer lekker.

04 juni:  Buxton

Wederom een menukaartje bij het ontbijt maar hier had ik dat ook wel verwacht. Ik bestel een avocado met toast en poached egg, heel lekker! We lopen naar de Tourist Info want we hebben één dag in het Peak District dus willen graag weten waar we het beste heen kunnen gaan. Super aardige mensen die een mooie route voor ons tekenen op een plattegrond. Vanmiddag staat er hevige regen op het programma dus dan moeten we weer terug zijn!

We rijden eerst naar Ashford-in-the-Water. Een klein dorpje aan de rivier de Wye met super schattige huisjes. Daarna naar Bakewell, een gezellig marktstadje met als mooiste bezienswaardigheid de 14e eeuwse brug over de rivier de Wye. Weer even aan de thee/koffie en wat rondgelopen en foto's gemaakt. Nu op weg naar Eyam. Dit dorp is bekend om de pest epidemie die heerste in 1665-1666 en de zelfopoffering van de bewoners.

Een reizende kleermaker bracht de builenpest naar Eyam. Hij zou een doos hebben meegebracht, die besmette doeken bevatte. Na opening van deze doos werd hij ziek en overleed binnen enkele dagen. In september 1665 overleden in drie weken tijd zes mensen aan de ziekte, die allen dicht bij elkaar woonden. In de volgende maand waren er al 23 slachtoffers en eind mei was het dodental al gestegen tot 73. De dorpsbewoners besloten in vrijwillige quarantaine te gaan en vroegen de buurdorpen, die normaal allerlei artikelen aan de bewoners leverden, om deze aan de rand van het dorp, bij de rivier te zetten. Het verschuldigde geld, werd in het water van de rivier gedeponeerd, waardoor het, dacht men, wel zou ontsmetten.

Er is een museum volledig gewijd aan dit verhaal maar daar hebben we nu geen tijd voor. We kijken nog even in de plaatselijke kerk, eten een broodje tonijn bij de Eyam Tea Rooms en dan begint het te spetteren. We rijden nog even door Castleton maar ondertussen regent het zo hard dat we niet meer uitgestapt zijn. Dus maar terug naar het hotel, eerst even in de zitkamer gezeten en daarna nog even terug naar de Buxton Brewery. Wederom in het hotel gegeten: zalm risotto en een overheerlijk kaasplankje.

05 juni:  Buxton - Cambridge (ca. 200 km)

Voor ontbijt porridge besteld voor de broodnodige vezels en rond 10.00 uur op pad richting Cambridge. We doen weer de 'leuke' route zonder snelwegen dus we zijn wel even onderweg. We rijden via Nottingham naar Oakham en zien onderweg net een koetje geboren worden, hoe leuk!
Oakham was ooit de hoofdstad van het (inmiddels opgeheven) graafschap Rutlandshire. Het heeft een middeleeuws centrum waar toevallig net een markt is. We kijken even bij The Great Hall, een overblijfsel van een Normandisch kasteel uit de 12e eeuw waar een unieke collectie hoefijzers aan de muur hangt. Deze werden van iedere edelman die door het stadje reisde verzameld. De ruïneuze muren van het voormalige Oakham Castle omgeven de hal. Even ergens een wrap gegeten en doorgereden naar Cambridge waar we tegen 15.00 uur aankomen in het Royal Cambridge Hotel.

Ook deze kamer lijkt totaal niet op de foto op de website, de kamer is zo klein dat we onze twee koffers niet eens kwijt kunnen! Omdat er nog wel een stoel ingepropt staat zetten we die maar op de kast zodat mijn koffer daar kan staan en de koffer van Yoerin moet dan maar in de badkamer gezet worden die, in vergelijking met de kamer, wel redelijk ruim is. Daarnaast is het ook nog eens snoeiheet en kan het raam maar zo'n 10cm omhoog... Dus rapido naar buiten gevlucht richting het centrum en op wonderlijke wijze bij The Cambridge Brew House terecht gekomen! Superleuk!
Krab canneloni gegeten bij Zizzi en rond 20.30 uur terug naar het hotel. 

06 juni:  Cambridge

Pffff na een afschuwelijk hete zweterige nacht zitten we met een zwaar hoofd aan het ontbijt. Maarrrrr... tot onze vreugde liggen er lekkere plakjes kaas die we serieus tijdens deze hele tocht in geen enkel hotel gezien hebben! En wat is er nou lekkerder dan een geroosterd broodje met kaas :-) Dus als ze op zijn vragen we aan de uitermate aardige mevrouw bij het ontbijt of er misschien nog meer plakjes zijn? Ze gaat op zoek maar moet ons helaas teleurstellen, verdorie. Na zo'n tien minuten komt ze blij naar ons toe en jahoor, ze heeft toch nog ergens zes plakjes weten te bemachtigen, joepie! Toch nog even langs de receptie gelopen om te vragen of ze even naar het raam in de kamer willen kijken omdat het extremely hot is en hij belooft iemand langs te sturen.

Cambridge begon haar geschiedenis als universiteitsstad in de 13e eeuw. In de daarop volgende eeuwen zijn er steeds colleges bijgebouwd.

De bekendste zijn Trinity College, Magdalen College en Queen's College, de laatste is beroemd om haar 'Mathematical Bridge' over de rivier de Cam. Door het slimme ontwerp, ondersteunde de brug zichzelf zonder dat er spijkers nodig waren. Zwaartekracht en de slimme constructie waren voldoende om deze brug te laten functioneren. Enkele jaren na de bouw waren delen van de brug verrot en moest de brug uit elkaar gehaald worden voor restauratie. Helaas is hierbij ook het geheim van de brug verloren gegaan en is het niet meer gelukt om de brug zonder spijkers te construeren. Nu blijft dus alleen het mooie verhaal over de brug over.

We lopen naar de rivier de Cam. Hier zie je vele punters (een soort gondels) die je kunt huren met of zonder gondelier (een van de vele studenten). Op Market Hill kopen we een lekker (appel/gember) sapje en dan willen de mannen shoppen in de Grand Arcade Shopping Mall... ja dat geloof je toch niet hahaha... Daarna is het wel tijd voor de lunch. Tegenover de Brew House hebben we een leuke tent gezien, Stolen, waar je lekker buiten kunt zitten en daar hebben we een heerlijk maar megagroot broodje gegeten.
Het is superlekker weer en aangezien de voetjes echt moe zijn geworden lopen we naar een park om daar in het gras te gaan liggen (en mensen te kijken) pffff even bijkomen!
Eenmaal terug in het hotel staat tot mijn vreugde het raam in onze kamer wagenwijd open! Zoooo das lekker, veel koeler! (Later blijkt dat we voor het raam een sleutel moeten hebben die wij niet gekregen hebben.)
Rond 17.00 uur gaan we terug naar Stolen om daar op het terras wat te drinken. We hebben om 18.30 uur gereserveerd bij Tabanco, een tapas restaurant, super lekker en erg leuk personeel! In de hotelbar nog even nageborreld op deze min of meer bonte avond :-)

07 juni:  Cambridge - Harwich

Eindelijk goed geslapen in de koele kamer en met mijn oordoppen in. Ontbeten (leuke mevrouw kwam alweer met kaas aangesneld) en koffer ingepakt met apart tasje voor op de boot vanavond. Uitgecheckt, 30GBP voor de parkeerplaats betaald en rond 10.00 uur op pad. We hebben nog even want we kunnen vanavond pas vanaf 20.00 uur inchecken. Eerst rijden we naar Lavenham, een klein middeleeuws stadje in het binnenland van het graafschap Suffolk. Dankzij de bloeiende wolindustrie was Lavenham in de 15e en 16e eeuw een welvarende plaats. De huizen hier zijn gekleurde houten panden die schots en scheef staan, de zgn. crooked houses. Even naar cafe Nini voor een drankje en een overheerlijk stuk cake, superleuk tentje. Er staat hier ook een prachtige kerk, the Church of St. Peter and St. Paul, voltooid in 1525.

Op een kwartiertje rijden ligt Kersey, een klein lieflijk dorpje. We lopen vanaf de kerk van St. Mary op de top van de heuvel via Church Hill naar beneden. Hier passeren we roze rieten huisjes en wankele houten woningen en we zien een plas met de toepasselijke naam 'The Splash'. 

Vanaf hier is het nog ongeveer een uur rijden naar Harwich. Halverwege stoppen we bij The Carriers Arms in East Bergholt voor de lunch. En dan... begint het heel hard te regenen en zijn we al in Harwich... Van schrik maar even op de parkeerplaats van de plaatselijke McDonalds gaan staan tot het rond 15.00 uur min of meer droog wordt. We rijden naar het water en lopen langs de kustlijn met een echt KEIharde wind! Toen de zon weer ging schijnen naar een restaurant met prachtig zeezicht gelopen voor een hapje en een drankje. Rond 18.00 uur rijden we naar de Stena Line incheck en wachten hier tot ca. 19.30 uur voor we langs de paspoortcontrole kunnen. Maar daarna.... moeten we toch nog een partij lang wachten voor we verder kunnen! Pas om 21.15 uur kunnen we verder rijden. Als we om 21.30 uur eindelijk op de kamer zijn in de Stena Britannica voelen we ons zwaar suf en niet meer in staat iets te ondernemen. Het is windkracht zeven dus preventief maar weer even een pilletje genomen! Om 23.00 uur vertrokken.

08 juni:  Harwich - Hoek van Holland

Onrustig geslapen door de harde wind en om 05.30 uur wakker gemaakt (06.30 uur Nederlandse tijd). Geen ontbijt dit keer, dat doen we thuis wel. Om 08.45 uur weggereden en rond 10 uur weer thuis!
Wat een prachtige reis!

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.